
Self healing security software kan zich autonoom aanpassen aan factoren die computersystemen kunnen verstoren. Hiermee leent het zich voor het tegengaan van cyberaanvallen. Bart Gijsen van TNO vertelt tijdens een Kivi-symposium op 29 april 2021 van 20.00-21.00 uur meer over de ontwikkeling en werking van de speciale software.
Zelfhelende software
Voor de ontwikkeling trokken de ontwerpers een parallel met de werking van het menselijk immuunsysteem. Niemand paste dit eerder toe voor bedrijven. Een fundamenteel verschil tussen ICT-systemen en het menselijk immuunsysteem is het principe ‘disposability.’ Eens in de zoveel tijd vervangt het lichaam zijn eigen biologische cellen. Dit zorgt ervoor dat ongemerkt besmette cellen slechts een beperkte tijd een kwalijke invloed in het lichaam kunnen uitoefenen.
“In de basis gingen we uit van de manier waarop cellen in het menselijk lichaam virussen en bacteriën bestrijden en zich vernieuwen. Dat zetten we om naar een concept voor ICT-beveiliging.”
Cyberbeveiliging
De uitdaging bij de softwareontwikkeling zat in het bouwen van een decentraal systeem. Dat moet zichzelf kunnen repareren en ook het moment herkennen om dit te doen. Voor het vernieuwen borduren de ontwikkelaars voort op de bestaande ICT-techniek: Kubernetes.
Afgelopen jaar ontwikkelde en testte TNO de software in het Partnership for Cyber Security Innovation (Pcsi). De verschillende partners leverden experts waaronder bijvoorbeeld immunologen. Maar ook diverse banken schoven aan. Van 2014-2020 heette het programma Shared Research Program (SRP) Cyber Security. Afgelopen zomer kreeg dat een vervolg in de Pcsi.
Op 29 april 2021 legt Bart Gijsen aan deelnemers van een Kivi-evenement uit hoe het werkt.